Het blijft een leuke bezigheid; dekentjes maken. Vorig jaar heb ik er een aantal gebreid, waarvan ik er nog steeds één moet afmaken, maar dit jaar ga ik voor haken.
Sinds ik het mozaïek haken (her)ontdekt heb, ben ik niet te stoppen. Want ook binnen het mozaïekhaken zijn er zoveel mogelijkheden. Natuurlijk maakte ik op mijn Pinterest board crochet een sectie aan voor mosaic crochet en ook op Instagram ging ik verschillende hashtags daarover volgen.
Begin juni blogde ik HIER over mozaïek haken en sindsdien heb ik de smaak goed te pakken.
Er zijn grofweg 2 manieren voor het mozaïek haken waarbij je meestal met 2 kleuren werkt;
1. de (af)knipmethode
2. de heen en weer methode
Bij de (af)knipmethode werk je alleen aan de voorkant van je werk en hecht je iedere toer de nieuwe draad aan met een opzetlus, HIER zie je hoe dat gaat.
Aan het einde van de toer haak je een extra losse waardoor het draaduiteinde meteen verankerd zit.
Misschien ben je geen fan van draadjes afhechten. Maar bij sommige werkstukken in deze techniek hoeft dat ook helemaal niet. Het kan juist leuk staan om aan beide kanten franje te hebben. Probeer je draaduiteinde steeds een beetje gelijk te houden. Ik doe meestal iets van 4 à 5 cm.
Bij een kinderdekentje is de franje af te raden, maar als je een placemat maakt is het juist leuk.
Een ander groot voordeel van de afknipmethode is het verhelpen van een foutje in je vorige toer. Je hoeft dan alleen maar die ene toer uit te halen. Bij heen en weer haken zijn het er altijd twee...
Ik heb een prachtige foto-tutorial gevonden KLIK, waarbij je stap voor stap kunt zien hoe de (af)knipmethode (ook wel overlay mosaic crochet) werkt. Ze doen het aanhechten van een nieuwe draad hier alleen wel net weer ff anders.
Misschien vind je het leuk om een keer deze techniek te proberen. Je kunt van het oefenstukje meteen een onderzetter maken.
De grafiek in de tutorial laat 17 steken zien, maar je moet altijd een extra steek rekenen aan het begin en einde van iedere toer. Die kantsteken haak je altijd 'gewoon' in de hele steek eronder, dus door 2 lusjes.
Alle andere vasten haak je altijd in de achterste lussen van de vorige toer.
Een kruisje in een hokje betekent dat je een stokje haakt en die maak je altijd in de voorste lus van de steek die 2 toeren lager ligt.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het beviel me wel en toen ben ik gestart met een dekentje waarbij de basiskleur grijs is en ik verloopgaren van de Action (Ufo) gebruikte.
Toen zag ik heel zachtroze liggen, en dat matchte perfect met het verloopgaren.
Dus ik ben maar opnieuw begonnen!
Ik heb 134 steken, 132 patroonsteken + kantsteken en haak met 4,5.
Na de lossenketting (veelvoud van 12 + 2) eerst 2 toeren gewone vasten haken, dus in beide lusjes steken. V eelvoud van 12 + 2 kantsteken, die in het diagram buiten de rode lijnen worden aangegeven.
Het is eigenlijk een heel fijn beginnerspatroontje omdat je elke toer hetzelfde haakt, maar het motiefje (12 steken) schuift alleen steeds 3 steken op.
Action Ufo dekentje met herhalend patroon van 12 steken
De witte vakjes geven mijn lichtste garen aan, de zalmroze vakjes mijn gemêleerde Ufo garen.
Je gebruikt deze garens om en om per toer. En altijd maar één kleur per toer!
Ook al staat er een gekleurd vakje in de lichte toer, gewoon de steek met licht garen haken.
Het diagram lees je elke toer van rechts naar links als je rechtshandig bent. Je begint onderaan.
Het patroon begint bij toer 1, boven de zwarte vette lijn.
Het patroon eindigt bij toer 4, onder de zwarte vette lijn.
Vanaf toer 1 alle vasten in de achterste lus haken, behalve
de 1e en de laatste vaste (=kantsteek)
Vanaf toer 2 idem, en alle stokjes (x) in de voorste lus haken waarbij je 2 toeren lager insteekt
Vanaf toer 2 idem, en alle stokjes (x) in de voorste lus haken waarbij je 2 toeren lager insteekt
Toer 2 t/m 5 steeds herhalen.
Op dit moment weet ik nog niet of ik het hele dekentje in dit motief zal haken. Jullie gaan het zien t.z.t..
