Meebreideken blok 22: Klein gaatjespatroon

Blok 22: Klein gaatjespatroon

Het aantal steken voor dit patroon moet deelbaar zijn door 6 + 3 extra steken op het einde + de eventuele kantsteken.

Ik ben dit blok begonnen met 43 steken ( 6 x 6 steken = 36, 36 + 3= 39, 39 + 4 kantsteken = 43 steken.

Toen ik een eindje op weg was, vond ik het intrekken en kwam ik niet aan de 20 cm breedte. Daarom heb ik het uitgehaald en ben ik opnieuw begonnen met 49 steken ( 7 x 6 steken = 42, 42 + 3= 45, 45 + 4 kantsteken = 49 steken).

Toen ik over de helft van het blok was, bleek het weer aan de ruime kant te zijn…., ik heb het opgelost door op het einde wat strakker te gaan breien..

Maar het is dus zaak om te blijven meten en misschien wel eerst een proefstukje te breien.

Bij de beschrijving ga ik uit van mijn laatste optie! Wil je met 43 steken werken dan herhaal je het gedeelte tussen haakjes niet 7 x, maar 6x. In toer 3 en 4 brei je respectievelijk 39 steken recht en 39 steken averecht.

Stekeninformatie:

·         rb.st = ribbelsteek

·         o = omslag

·         r.s.br = recht samen breien

Zet 49 steken op met naald 3,5 en brei 3 toeren ribbelsteek.

Klein gaatjespatroon

Toer 1: 2 rb.st, ( 3 av – 1 r- 1 o – 2 r.s.br.) 7 x, 3 av , 2 rb.st

Toer 2: 2 rb.st, 3 r , (3 av – 3 r) 7x, 2 rb.st.

Toer 3: 2 rb.st, 45 r, 2 rb.st

Toer 4: 2 rb.st, 45 av, 2 rb.st

Herhaal deze toeren zo vaak als nodig om aan 19 cm te komen. Sluit af met 4 naalden ribbelsteek en kant alle steken af.